Recensie ‘De Russische bibliotheek – Verhalen van Andrej Platonov’

 Recensie van ‘De Russische bibliotheek – Verhalen van Andrej Platonov’

 

800 bladzijden om te lezen en te herlezen

door Marjet Maks

Platonov (1899 – 1951) was een Russische auteur met een voorliefde voor het existentialisme. Ruim een eeuw geleden begon hij te schrijven. Hij hing het communisme aan, maar zijn werk werd verboden toen hij steeds sceptischer werd op het Stalinistisch gedachtegoed. Hij was geïnteresseerd in techniek: machines en fabrieken bevolken dan ook zijn verhalen. Platonov verzon geweldige, boeiende werelden tegen de achtergrond van het opkomend communisme. Soms dystopisch, dan weer sprookjesachtig, rauw en ontroerend met vervreemdende zinnen, die je voortdurend verrassen.

Het is zo jammer dat je als recensent van verhalenbundels flink moet doorlezen. Over de in het Nederlands vertaalde bundel met Verhalen van Andrei Platonov, zo’n 800 bladzijden, zou ik het liefst een jaar doen. Lezen en herlezen, daar vragen sommige juweeltjes om. Zijn hoofdthematiek is hoop, verwarring en desillusie tijdens het communisme dat nog in de kinderschoenen stond, in de Sovjet-Unie na de Russische revolutie.

Platonov personifieert elementen uit de natuur en dagelijkse dingen met natuurlijk gemak. “De gedaalde namiddagzon stuitte onverschillig met haar stralen op de zwaar gekromde ruggengraten van de sidderende machines.” De beeldende laatste zin in het verhaal ‘De zoveelste’. Of deze zin in het verhaal ‘Maanvorsingen’, die zo helder verwoordt waar de Sovjet-Unie aan toe was: “De trein was vroeg aangekomen, maar de vreemde stad was al klaarwakker: zij ontwaakte nooit, want zij ging nooit slapen. Haar leven was geen gedachte, geen stemming, geen ritme, maar een gestaag versnelde beweging. De stad had geen enkel verband met de natuur – zij was een oase van beton en metaal, in zichzelf besloten, volkomen geïsoleerd en eenzaam in de maalstroom van de wereld en het slangennest der elementen.”

Ook deze zin uit ‘Makar twijfelt’ zegt veel over hoe Platonov zijn personages opvoert, schijnbaar naïef, maar daarin legt hij ook de kritiek die hij op het communisme had: “Makar schrok op uit zijn gepeins omdat hij op een idee was gekomen. Denken kon hij niet, want hij had een leeg hoofd boven zijn verstandige handen, maar hij kon wel in één klap op een idee komen.”

Ik genoot vooral van zijn taal. De verhaallijnen zijn vaak wat ongrijpbaar en ontgingen me wel eens, vandaar dat ik wil herlezen. Zijn personages komen tot leven als zelfverzekerde, van zichzelf overtuigde heer- (en ook vrouw) schappen, soms clownesk en dan weer tragisch; met technische vondsten of opstanden willen ze de natuur beteugelen en droogte, onderdrukking en honger oplossen.

Je zou haast vergeten dat de verhalen zo’n honderd jaar geleden geschreven zijn. Destijds werden ze wellicht als futuristisch gezien; nu denk je wat voortvarend dat iemand toen al zag hoe het systeem werkte. Ik denk niet dat deze verhalen iedereen aanspreken. Soms ervoer ik een overkill. Maar zoals gezegd, ik zou er graag een jaar overdoen.

Auteur: Andrej Platonov
Uitgever: Uitgeverij van Oorschot
Vertaald door Aai Prins
Nederlands Druk: 1
ISBN: 9789028290181
juli 2019
Hardcover 800 pagina’s