Recensie ‘Hoe fel de zon ook scheen’ van Arend van Dam
Oorlog is niet zwart-wit
Door Carien Touwen
Voor de kinderen van nu is de Tweede Wereldoorlog heel lang geleden. Natuurlijk is het heel fijn dat Nederland al 75 jaar in vrede leeft, maar dat betekent niet dat we deze zwarte bladzijde uit onze geschiedenis moeten vergeten. De verhalen uit deze oorlog zijn belangrijk en moeten verteld worden, niet alleen in geschiedenisles op de middelbare school maar ook aan jonge kinderen. De verhalenbundel ‘Hoe fel de zon ook scheen’ van Arend van Dam is ideaal om kinderen een beetje te doen begrijpen wat zich in die vijf moeilijke jaren heeft afgespeeld. En om te laten zien dat oorlog niet zwart-wit is.
Kinderboekenauteur Arend van Dam is al ruim dertig jaar schrijver en heeft meer dan 100 boeken op zijn naam staan. Dit jaar is bijzonder voor hem, want het geschenkboek tijdens de Kinderboekenweek (30 september t/m 11 oktober 2020) zal ook van zijn hand zijn. In maart van dit jaar verscheen ‘Hoe fel de zon ook scheen’ met daarin twintig bekende en minder bekende verhalen over WOII, goed getimed voor alle herdenkingen die dit jaar zouden plaatsvinden in verband met 75 jaar vrijheid. Het coronavirus gooide roet in het eten voor de festiviteiten, maar de mijlpaal staat en zou wat mij betreft blijvend herdacht moeten worden.
In deze twintig verhalen maken de lezertjes kennis met bekende helden als Miep Gies, Hannie Schaft en soldaat van Oranje Erik Hazelhoff Roelfzema, maar ook met George Maduro. En ik zal eerlijk zijn, ik wist echt niet (meer) dat Madurodam is opgericht om deze verzetsheld te gedenken en om met de opbrengsten van het park goede doelen te steunen.
We leven mee met een jongen in Amsterdam waar het lang duurde tot de bevrijding, evenals met koningin Wilhelmina die niet kon wachten tot ze weer op Nederlands grondgebied was. Maar we maken ook kennis met Jan die, zodra hij achttien werd, naar Duitsland moest om daar de rest van de oorlog te werken voor de vijand en na de oorlog met veel moeite weer terug in Nederland geraakte.
We leren over twee fabriekseigenaren in Weesp die tijdens de hongerwinter een plan maakten om alle kinderen toch van eten te voorzien. We lezen over de Jodenvervolging, de Februaristaking en de reddingsactie in de Hollandse Schouwburg waarbij honderden kinderen gered werden van deportatie. Maar we maken ook kennis met Anton Mussert, de leider van de NSB.
Veel belangrijke verhalen en perspectieven komen aan bod waardoor kinderen zich een goed beeld kunnen vormen van wat er allemaal gebeurde. Het boek is in toegankelijke taal geschreven en geschikt om voor te lezen aan kinderen vanaf een jaar of zeven en om zelf te lezen vanaf een jaar of acht. De verhalen zijn ideaal als gespreksbasis voor thuis of op school om verder te praten over hoe het toen was en waarom mensen deden wat ze deden.
De verhalenbundel is rijkelijk geïllustreerd met mooie kleurenprenten van Alex de Wolf. Arend van Dam vond kleur belangrijk, omdat hij de oorlog alleen kende van zwart-wit foto’s waardoor hij dacht dat het in oorlogstijd altijd slecht weer was. Maar hoe fel de zon ook scheen, het was toch zomaar ineens oorlog. Oorlog houdt niet op als de zon schijnt, oorlog stopt pas als mensen daarmee stoppen.
Het zijn de verhalen van mijn opa en oma, de verhalen van de overgrootouders van onze kinderen. De generaties gaan door, maar de verhalen moeten we ook blijven doorgeven. Opdat we nooit vergeten en nooit herhalen.
Auteur: Arend van Dam
Uitgever: Van Holkema & Warendorf
Nederlands Hardcover
ISBN: 9789000371136
Druk 1: maart 2020
96 pagina’s